In Metro: worden meisjes op de basisschool onderschat?

12 december 2018

In de derde klas van het voortgezet onderwijs zitten meisjes vaker dan jongens op een hoger niveau dan het definitieve schooladvies dat ze in groep acht kregen, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Diverse media meldden dit op 11 november 2018. Om dit verschil te verkleinen, is met name verder investeren in de aansluiting po-vo belangrijk, aldus de VO-raad in een reactie in dagblad Metro.

Het verschil zou kunnen worden verklaard doordat de manier van het leren op het vo beter werkt voor meisjes dan voor jongens, aldus pedagoog Krista Okma in de krant.  "Omdat er in het basisonderwijs wat meer ruimte is voor bijvoorbeeld beweging, komen jongens daar wellicht wat beter tot hun recht, terwijl in het voortgezet onderwijs juist meer zelfstandigheid wordt gevraagd, waar meisjes op die leeftijd meer over beschikken.” De VO-raad onderschrijft die hypothese. “Het is een bekend probleem dat jongens meer moeite hebben met de mate van zelfstandigheid die op de middelbare school van hen wordt gevraagd.”

Volgens de VO-raad is het belangrijk dat po- en vo-scholen eraan blijven werken om de overgang po-vo zo soepel mogelijk te laten verlopen voor leerlingen, en basisschoolleerlingen bijvoorbeeld de mogelijkheid bieden om in groep 8 alvast te wennen aan de vo-school en de manier van werken daar. Met name jongens zouden hier dus bij gebaat kunnen zijn. Scholen zijn hier volgens de raad ook (steeds meer) mee bezig. De VO-raad in de Metro: „Er is geconstateerd dat de aansluiting tussen het po en vo beter moet en daar zijn scholen momenteel ook over in gesprek. Ook zijn er steeds meer initiatieven, zoals middelbare scholen die kinderen een dag in de week al laten meelopen.”