Wat speelt er?
In november 2016 zijn met behulp van de VO2020-scan de vorderingen van de vo-sector rondom het thema ICT in kaart gebracht. Hieruit blijkt dat het gebruik van ICT en digitaal lesmateriaal op de meeste vo-scholen gemeengoed is, en dat een ruime meerderheid hier verder mee aan de slag wil om onder meer maatwerk te bieden. ICT en digitaal lesmateriaal bieden daartoe goede kansen: ze maken het makkelijker onderwijs aan te bieden dat is aangepast aan het niveau, tempo en de interesses van leerlingen en hun vorderingen in de gaten te houden, waar het onderwijs vervolgens weer op kan worden afgestemd. Ook kan de inzet van ICT leraren tijdswinst opleveren, waardoor ze meer tijd overhouden om individuele leerlingen te begeleiden.
Het gebruik van ICT en digitaal lesmateriaal (games, video etc.), maakt het onderwijs ook vaak aantrekkelijker voor leerlingen; het biedt variatie op de schoolboeken, is eigentijdser en sluit meer aan bij hun belevingswereld.
Tegelijkertijd ervaren scholen nog een aantal belemmeringen die hen hinderen bij het aanschaffen en op een goede manier inzetten van ICT en digitaal lesmateriaal.
Geen budget voor devices
Tablets en laptops worden volgens de wet momenteel gezien als ‘informatiedragers’ in plaats van als leermiddelen. Anders dan bij schoolboeken krijgen scholen daarom geen budget vanuit de overheid om deze devices aan te schaffen en gratis aan leerlingen/ouders te verstrekken. Ander, eigen budget ervoor inzetten betekent dat er minder geld over is voor bijvoorbeeld leraren. En ouders kan alleen op vrijwillige basis – via de vrijwillige ouderbijdrage – om een bijdrage worden gevraagd. Scholen ervaren zo een grote drempel om tablets en laptops aan te schaffen.
Kosten digitaal lesmateriaal
Daarnaast bestaat er ook een financiële drempel voor scholen om digitaal lesmateriaal in te kopen. Scholen ontvangen vanuit de overheid 306,88 euro per leerling voor de aanschaf van lesmateriaal. Dit bedrag is echter niet toereikend voor de aanschaf van voldoende digitaal materiaal, dat vanwege het hoge btw-tarief (21% in plaats van de standaard 6%) duurder is dan papieren schoolboeken. In september 2019 werd bekend dat het btw-tarief op digitaal lesmateriaal waarschijnlijk wordt verlaagd naar 9%.
Gebrek aan overzicht
Voor schoolbesturen en schoolleiders is het vaak nog lastig overzicht te krijgen van al het beschikbare digitale lesmateriaal en of dit aanbod kwalitatief goed is.
Beperkte toegang tot snel internet
Het gebruik van digitaal lesmateriaal vereist een schaalbare, snelle, betaalbare internetconnectiviteit (glasvezelverbinding). Uit onderzoek van Kennisnet blijkt dat 36% van de schoollocaties in het vo geen toegang heeft tot een dergelijke glasvezelverbinding. Bij 11% van de locaties is er sprake van geen toegang tot glas of kabel. Vaak ontbreekt een (glasvezel)verbinding in de regio, of zijn de hoge kosten om de verbinding door te trekken naar de school een obstakel.
Kennisachterstand docenten
Ten slotte geeft 65% van de scholen (onderzoek VO2020-scan) aan dat hun docenten nog een kennisachterstand hebben op het vlak van ICT en digitaal lesmateriaal. Het gaat dan zowel om technische kennis als om kennis over hoe ICT en digitaal lesmateriaal gebruikt kunnen worden en wat wel en niet werkt.