Q&A onderhandelaarsakkoord cao vo 2025-2027
Op 5 november 2025 hebben de sociale partners een onderhandelaarsakkoord bereikt over een nieuwe CAO VO 2025/2027. Hieronder vind je de meest gestelde vragen over het onderhandelaarsakkoord.
Loon en looptijd
Welke afspraken zijn gemaakt met betrekking tot het loon?
De salarissen en salarisschalen worden in twee stappen verhoogd:
- Op 1 november 2025 met 4,6 %
- Op 1 november 2026 met 1,2 %
Daarnaast krijgt de functieschaal 10 van de OOP/directieschalen per 1 juli 2026 dezelfde tredebedragen als de leraarschaal LB.
Waarom is de afspraak gemaakt om tredebedragen schaal 10 gelijk te stellen aan schaal LB?
Het gelijkstellen is het gevolg van de wens van sociale partners om de beloningsverschillen tussen de functiecategorieën van gelijke functiezwaarte te harmoniseren. De extra toeslag is om kleine negatieve beloningsverschillen te compenseren die (tijdelijk) optreden bij deze conversie. Deze afspraak is als volgt uitgewerkt:
- Werknemers die op 30 juni 2026 in dienst zijn en ingeschaald zijn in de treden 1 t/m 9 van schaal 10 gaan per 1 juli 2026 een trede omhoog.
- Werknemers in de treden 10 t/m 12 behouden dezelfde trede en werknemers in (de oude) trede 13 blijven in de hoogste trede van de (nieuwe) schaal.
De volgende werknemers krijgen een extra toeslag:
- Werknemers die op 30 juni 2026 in trede 3 of 4 zitten, krijgen met ingang van 1 juli 2026 gedurende 24 maanden een toelage van € 25 per maand naar rato van de werktijdfactor.
- Werknemers die op 30 juni 2026 in trede 5 of 6 zitten, krijgen met ingang van 1 juli 2026 gedurende 12 maanden een toelage van € 25 per maand naar rato van de werktijdfactor.
- Werknemers die op 30 juni 2026 in trede 10 zitten, krijgen in de maand juli 2026 eenmalig een toelage van € 50 naar rato van de werktijdfactor.
Zijn deze loonafspraken financieel gedekt?
De beschikbare financiële ruimte is voldoende om deze loonafspraken te kunnen bekostigen. De afspraken zijn gebaseerd op de (resterende) loonruimte van 2025, de mutatie in pensioenpremie en de te verwachte kabinetsbijdrage van 2026 en 2027.
Wanneer vindt de pensioenafdracht plaats?
ABP bepaalt het pensioengevend inkomen (en daarmee de pensioengrondslag) op 1 januari van ieder jaar. Dat betekent dat de eerste salarisverhoging meegaat met het pensioengevend inkomen (en de daarop gebaseerde premie) voor 2026 en de tweede salarisverhoging voor 2027.
Hoe zien de nieuwe salaristabellen eruit?
Per 1 november 2025 gelden de nieuwe salaristabellen.
Hoe lang is de nieuwe CAO VO geldig?
De nieuwe cao komt in de plaats van de CAO VO 2024/2025 en treedt in werking met ingang van 1 november 2025. De CAO VO 2025/2027 loopt tot 1 maart 2027 en heeft een langere looptijd dan afgelopen cao’s.
Reiskosten
Vanaf wanneer gaat de wijziging in van de regeling verplaatsingskosten?
In de huidige Regeling verplaatsingskosten is opgenomen dat werknemers recht hebben op een tegemoetkoming woon-werkverkeer tot en met een afstand van 25 kilometer enkele reis (artikel G lid 2 Bijlage 3 CAO VO). Per 1 januari 2026 wordt deze afstaand verhoogd naar 35 kilometer enkele reis.
Oktobertoelage
Wat gaat er veranderen aan de oktobertoelage?
Leraren die niet in de hoogste trede van de schaal zitten, ontvangen nu geen oktobertoelage. In de nieuwe cao wordt dat gewijzigd. Daarmee ontvangen deze leraren een oktobertoelage van € 302,50. Dat is gelijk aan de andere werknemers in de schalen 9 en hoger die niet in de hoogste treden zitten.
Werkdrukverlichting en taakbeleid aanpakken door het professionele gesprek
In het vorige onderhandelaarsakkoord hebben sociale partners een afspraak gemaakt over werkdrukverlichting en taakbeleid aanpakken door het professionele gesprek. Wat hield die afspraak in het kort in?
In het vorige onderhandelaarsakkoord is afgesproken dat alle scholen vanuit de professionele dialoog het gesprek inrichten over het taakbeleid en dat het taakbeleid hierin opnieuw wordt beoordeeld en indien nodig gewijzigd, uiterlijk voor ingang van het schooljaar 2028 -2029. Ook hebben cao-partijen toen afgesproken een raamwerk ‘professioneel gesprek en taakbeleid’ te ontwikkelen die hiervoor door scholen wordt gebruikt.
Welke afspraken zijn in dit onderhandelaarsakkoord gemaakt?
Raamwerk
In dit cao-akkoord hebben cao-partijen invulling gegeven aan de inhoud van het raamwerk. Deze bestaat uit twee onderdelen: het bieden van ondersteuning en ondersteuningsmateriaal voor het gesprek op school en het aanpassen van cao-afspraken.
Voor het bieden van ondersteuning hebben cao-partijen op de website van Voion een aparte landingspagina ingericht met informatie over werkdruk, taakbeleid en het professioneel statuut, handvatten voor een professionele dialoog en hulpmiddelen om het gesprek over werkdrukverlichting en taakbeleid professioneel te voeren. Het is een dynamische landingspagina die stapsgewijs wordt uitgebreid met aanvullende kennis, handreikingen en praktijkervaringen. Ook gaan cao-partijen via Voion regionale voorlichtingsbijeenkomsten en andere activiteiten organiseren.
Wijzigingen CAO VO
De volgende afspraken hebben betrekking op aanpassingen in de cao:
- De ontwikkeltijdafspraak uit 2019 beschouwen partijen als afgerond omdat alle scholen de afspraak in de praktijk hebben gebracht. Dat wil zeggen: volledig ingevoerd of deels/niet omdat er andersluidende afspraken zijn gemaakt of gelden.
- Dat betekent dat het actiepunt van de ontwikkeltijdafspraak zoals in de cao is beschreven in artikel 8.3 CAO VO ook is afgerond en daarom kan worden geschrapt. Het gevolg hiervan is dat de in de cao opgenomen maximale lestaak van 750 klokuren wordt gewijzigd in 720 klokuren, met dien verstande dat het mogelijk blijft dat op school andersluidende afspraken gelden dan wel worden gemaakt. In het praktijkonderwijs wordt een andere lestaak gehanteerd met als gevolg dat deze afspraak niet van toepassing is voor het PRO.
Dat het actiepunt van artikel 8.3 CAO VO in de nieuwe cao wordt verwijderd, betekent niet dat de eerder gemaakte afspraken over ontwikkeltijd ook automatisch uit het taakbeleid en de jaartaak gaan. Scholen die nu ontwikkeltijd in hun taakbeleid/jaartaak hebben opgenomen (dat kan ook anders benoemd zijn), behouden deze taak en uren. Wel maakt ontwikkeltijd - als integraal onderdeel van het taakbeleid - deel uit van de afspraak om de komende drie jaar het gesprek te voeren over taakbeleid, dit opnieuw te beoordelen en indien nodig te wijzigen. Het kan dus dat de afspraken over ontwikkeltijd in het taakbeleid gewijzigd worden, maar alleen als dit vanuit de professionele dialoog op school besproken wordt. Hierbij is dan ook aandacht voor de besteding van een eventuele vrijval van uren (max. 50 uur). Vervolgens moet, zoals gebruikelijk bij een wijziging van het taakbeleid, twee derde van de werknemers hiermee instemmen.
Aan de bestaande afspraak zoals opgenomen in artikel 8.2 CAO VO om vanuit de professionele dialoog het gesprek over taakbeleid te voeren, wordt het volgende toegevoegd:
- Onderwerpen die in het gesprek op school aan de orde komen, zijn onder andere: aanbod, kwaliteit van het onderwijs en toetsing, professionele verantwoordelijkheden en autonomie, collectieve en individuele werkdruk, de lestaak, verdeling van taken en benutten van individuele kunde en expertise, klassengrootte en overige te verrichten schoolactiviteiten.
- De opbrengsten van het gesprek op school vormen de basis voor de beoordeling van het huidige taakbeleid en mogelijke aanpassing daarvan conform artikel 8.1 CAO VO.
Aan artikel 8.1 CAO VO wordt toegevoegd dat het mentoraat behoort tot de overige taken en dat bij de opslagfactor gevarieerd kan worden naar schoolspecifieke omstandigheden, zoals klassengrootte.
Studieschuld DUO aflossen middels persoonlijk budget
Waarom hebben sociale partners een afspraak gemaakt over het aflossen van de studieschuld bij DUO?
In de CAO VO 2025/2027 wordt opgenomen dat werknemers 50 uren van het basisbudget kunnen gebruiken voor het aflossen van studieschuld bij DUO. Dit was al mogelijk voor kinderopvang en pensioen. Studieschuld wordt als mogelijkheid aan artikel 7.2 lid 13 toegevoegd.
Werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt
Wat houdt de afspraak in die betrekking hebben op werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt?
Sociale partners onderschrijven het belang van een inclusieve onderwijsarbeidsmarkt. Ook werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt moeten een bestendige plek kunnen vinden in de schoolorganisaties. Om werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt en andere werknemers zo veel mogelijk gelijk te behandelen, zijn sinds 2024 een aantal financiële regelingen ook van toepassing op deze groep werknemers.
Met dit akkoord hebben partijen afgesproken dat ook de overige bepalingen uit hoofdstuk 3 (Salaris en uitkeringen, deel 1) en hoofdstuk 12 (Salaris, deel 2) van toepassing worden op medewerkers die vallen onder de doelgroep Participatiewet. Concreet betekent dit dat deze medewerkers voortaan onder de reguliere salarisstructuur van de CAO VO vallen. Zij worden ingeschaald in de daarvoor geldende salarisschalen (bijlage 9) en hebben, net als andere werknemers, recht op de reguliere periodieken, salarisverhogingen, functioneringsgesprekken en toelagen die voortvloeien uit hoofdstuk 3 en 12. Daarmee worden de laatste uitzonderingen opgeheven. Met deze afspraken maken sociale partners een verdere stap richting inclusief werkgeverschap.
Indien bovenstaande nog niet is doorgevoerd binnen de schoolorganisatie, onderneemt de werkgever de volgende stappen:
- De werknemers die zijn ingeschaald op WML-niveau, worden met de nieuwe afspraak ingeschaald in schaal 1, trede 1.
- Hierdoor krijgen alle werknemers per 1 november 2025 het nieuwe salarisbedrag in schaal 1.
- En ook gelden de jaarlijkse periodieken en toelagen en de functioneringsgesprekken.
Sociale zekerheid
Wat houdt de afspraak over sociale zekerheid in?
In de cao is een stelsel met afspraken over ontslag en voorzieningen bij werkloosheid opgenomen. Deze afspraken zijn historisch zo gegroeid en bevatten wellicht niet de juiste stimulans om instroom in een werkloosheidsuitkering te voorkomen en uitstroom uit een werkloosheidsuitkering te bevorderen. Dit terwijl de arbeidsmarkt krap is en het lerarentekort naar verwachting de komende jaren nijpend blijft.
Voor cao-partijen is dit aanleiding om het systeem van sociale zekerheid tijdens de looptijd van de nieuwe cao te bespreken, opnieuw te beoordelen en daar waar nodig aanpassingen te formuleren. Deze aanpassingen kunnen vervolgens in de eerstvolgende cao worden doorgevoerd.
Vakbondsverlof en GOVAK
Wat hebben de sociale partners afgesproken over het vakbondsverlof en GOVAK?
De schadeloosstelling van werkgevers voor het vakbondsverlof met behoud van bezoldiging (artikel 15.5 CAO VO) blijft veelal achter bij de doorlopende werkgeverslasten. Cao-partijen willen dit – vergoeding en kosten – zo veel mogelijk in overeenstemming brengen. In de komende periode werken cao-partijen dit uit. In deze uitwerking wordt gekeken naar de vergoeding voor werkgevers (schadeloosstelling), de hoogte van de GOVAK-bijdrage, de indexering daarvan en de invoeringsdatum van de nieuw te maken afspraken, in afstemming met de stichting SFSVO. De benodigde financiering voor deze afspraak valt binnen de arbeidsvoorwaardenruimte van dit cao-akkoord.
Algemeen
Wanneer worden de afspraken uit dit onderhandelaarsakkoord vertaald naar een nieuwe CAO VO 2025/2027?
Om de afspraken uit dit onderhandelaarsakkoord te kunnen vertalen naar een nieuwe CAO VO, is het noodzakelijk dat de leden van de bonden en de VO-raad daarmee akkoord gaan. Op dit moment vinden daartoe ledenraadplegingen plaats. Eind november 2025 wordt bekend of de achterbannen akkoord zijn met de nieuwe CAO VO 2025/2027. Zodra de teksten voor de nieuwe CAO VO gereed zijn, worden deze zo snel mogelijk gepubliceerd.