Adviesrapport Taalunie: hoe kan de doorstroom van ISK naar vervolgonderwijs worden verbeterd?

15 september 2023

De Taalunie heeft samen met een groep deskundigen aanbevelingen geformuleerd om de overstap van ISK naar het vervolgonderwijs - en de ondersteuning in dit reguliere onderwijs - te verbeteren voor leerlingen.

Cover adviesrapport OKAN/ISK en daarnaDe overstap die nieuwkomersleerlingen in Nederland na gemiddeld twee jaar maken van het ISK naar het reguliere vervolgonderwijs is vaak een grote stap voor hen. Het is de taak van zowel het nieuwkomers- als het vervolgonderwijs om leerlingen zo goed mogelijk op deze stap voor te bereiden en hen ook daarna te blijven ondersteunen. Dit brengt veel uitdagingen met zich mee voor scholen, zeker ook gezien het grote aantal nieuwkomersleerlingen dat momenteel doorstroomt of binnenkort zal doorstromen.

Het adviesrapport wil scholen op dit vlak ondersteunen. Het biedt een overzicht van waar beleidsmakers, scholen zelf en andere betrokkenen op kunnen inzetten om tot een betere doorstroom en begeleiding van nieuwkomersleerlingen in het reguliere onderwijs te komen. Ook worden goede voorbeelden gedeeld.  

Het onderzoek richt zich naast Nederland ook op Vlaanderen, waar men zogenoemde ‘Onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers’ (OKAN) kent. De aanbevelingen zijn tot stand gekomen in samenwerking met een groep van Vlaamse en Nederlandse experts en zijn gevoed door ervaringen uit diverse schoolbezoeken en interviews in Nederland en Vlaanderen.


De belangrijkste adviezen:  

  • Zorg voor meer gedeelde verantwoordelijkheid en tweerichtingsverkeer.  De experts signaleren nog te weinig urgentiebesef bij vervolgscholen dat ook zij verantwoordelijkheid hebben in de begeleiding van nieuwkomersleerlingen. Als deze leerlingen op hun school komen, hebben zij nog (voor langere tijd) ondersteuning en maatwerk nodig. De vervolgschool dient hier beleid op te maken en hierbij samen te werken en kennis uit te wisselen met de ISK-school. 
  • Zet in op ontwikkelingsgerichte beeldvorming en doorlopende monitoring. Geadviseerd wordt om een breed beeld van de competenties, interesses, persoonlijkheid, ambities en toekomstperspectief van de leerling te verzamelen in een dossier. Dit dossier kan als basis dienen voor het gesprek over de vervolgschool. En de vervolgschool kan voortbouwen op het dossier en de ontwikkelingsgerichte aanpak doorzetten, waarbij de ontwikkeling van de leerling tot het einde van de schoolloopbaan - in contact met de ISK-school - wordt gemonitord.  
  • Veranker de criteria voor een warme overdracht. Om meer gelijke kansen bij de overstap voor alle nieuwkomersleerlingen te creëren, zou er meer uniformiteit moeten komen in de doorstroomdossiers. Belangrijk is formeel vast te leggen aan welke criteria een dossier moet voldoen en wat er daarnaast nog bij een warme overdracht hoort. Daarnaast moet ook een startgesprek met alle betrokken partijen worden vastgelegd. 
  • Bied maatwerk in het vervolgonderwijs. Dankzij de brede beeldvorming en de warme overdracht kunnen leerlingen in het vervolgonderwijs veel beter op maat worden begeleid. Zo kan bijvoorbeeld extra ondersteuning bij toetsen of extra taalsteun worden geboden. Vervolgscholen zouden beter op de hoogte moeten zijn van alle mogelijkheden voor maatwerk, waardoor ze leertrajecten voor elke leerling op maat kunnen uitwerken.
  • Professionaliseer elke leraar op het gebied van tweedetaalverwerving en taalontwikkelend lesgeven. Hiervoor moet meer aandacht komen in de lerarenopleidingen en gedurende de loopbaan van leraren (waarbij ook gebruik kan worden gemaakt van de expertise van ISK’s). 
  • Zet in op meer onderzoek naar en ondersteuning voor nieuwkomers in het vervolgonderwijs. Meer onderzoek kan bruikbare kennis opleveren over hoe we toekomstige leerlingen passender kunnen begeleiden. Daarnaast zou er meer ondersteuning moeten komen vanuit de overheid, zowel financieel als inhoudelijk, waarmee goede begeleiding van nieuwkomers na de doorstroom kan worden gerealiseerd.