OCW betaalt voorlopig leenrechtvergoeding schoolbibliotheek
08 februari 2024
Schoolbibliotheken zijn op basis van de huidige Auteurswet vrijgesteld van het afdragen van een leenrechtvergoeding. In 2021 is besloten om de Auteurswet te herzien en de bepaling over de onderwijsvrijstelling te schrappen en het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (OCW) verantwoordelijk te maken voor het afdragen van de leenrechtvergoeding door scholen. Daarbij is ook besloten om deze leenrechtvergoeding door schoolbibliotheken laten uitkeren waarbij vooraf een bedrag is vastgelegd. Het onderzoek, “Uitleningen schoolbibliotheken” keek hiervoor naar het aantal uitleningen door schoolbibliotheken in het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs in het schooljaar 2021/2022.
- Bij overeenkomst van 31 oktober 2022 ‘overeenkomst leenrechtvergoedingen DBOS’ zijn met terugwerkende kracht de leenrechtvergoedingen uitbetaald voor uitleningen via bibliotheken van onderwijsinstellingen van werken in eigendom van de openbare bibliotheek, waarvoor geen vergoeding is betaald over de periode 2013–2022.
- Om de leenrechtkwestie definitief op te lossen is het van belang dat rechthebbenden een vergoeding ontvangen als hun boeken via scholen worden uitgeleend, onafhankelijk van de structuur waaronder de uitlening plaatsvindt: een schoolbibliotheek of een bibliotheek op school.
- Daarvoor is een wijziging van de Auteurswet nodig, waarbij de zogenoemde onderwijsvrijstelling wordt herzien. De benodigde wijziging van de Auteurswet zal naar verwachting niet geschieden binnen de periode 2023–2025. De Staat neemt de vergoedingen voor haar rekening: Het totaalbedrag aan vergoeding dat uit deze overeenkomst voortvloeit, bedraagt voor 2023: € 1.759.600 incl. BTW (indien van toepassing). Dit heeft betrekking op totaal funderend onderwijs en mbo.
- Het totaalbedrag aan vergoeding voor 2024 en 2025 wordt op dezelfde wijze berekend als voor 2023 met dien verstande dat betreffend kalenderjaar de dan beschikbare actuele data worden gebruikt.