Onderwijsraad: investeer in inhoudelijke aansluiting vmbo-havo

25 juni 2018

De Onderwijsraad heeft op verzoek van minister Slob een advies uitgebracht over het conceptwetsvoorstel ‘Gelijke kans op doorstroom vmbo-havo’. De raad vindt het wetsvoorstel een stap in de goede richting van een gelijke behandeling van leerlingen, maar constateert tegelijkertijd dat er meer nodig is om de problemen in de doorstroom van het vmbo naar het havo op te lossen.

In het wetsvoorstel ‘Gelijke kans op doorstroom vmbo-havo’ wordt voorgesteld dat scholen niet langer eigen toelatingseisen mogen stellen aan vmbo-leerlingen die willen doorstromen naar het havo. Gediplomeerde tl/gl- leerlingen krijgen een doorstroomrecht als zij succesvol eindexamen hebben afgelegd in minstens één extra avo-vak. Eerder dit jaar konden scholen en andere belanghebbenden meedoen aan de internetconsultatie over dit wetsvoorstel.

Extra vak

De Onderwijsraad staat kritisch tegenover de eis van een extra avo-vak, omdat er vooralsnog onvoldoende is aangetoond dat deze eis daadwerkelijk leidt tot een grote kans op studiesucces op het havo. Het is volgens de Onderwijsraad niet duidelijk of andere instrumenten - zoals het gemiddelde eindexamencijfer uit de toelatingscode van de VO-raad - studiesucces op het havo beter voorspellen. De Onderwijsraad vraagt de minister daarom om de eis van het extra avo-vak te heroverwegen op basis van onderzoek en daarbij ook andere mogelijkheden mee te wegen.

Verbetering van de aansluiting

Daarnaast benadrukt de raad dat het wettelijk regelen van de toelating niet voldoende is, omdat er grote knelpunten zijn in de aansluiting tussen het vmbo en het havo. Het grootste knelpunt daarbij is de gebrekkige programmatische aansluiting. Hierdoor is er een reële kans dat leerlingen op het havo alsnog uitvallen. De raad constateert dat de door de VO-raad ontwikkelde toelatingscode ook gericht was op het verbeteren van de aansluiting en dat het belangrijk is dat deze inhoudelijke kant niet uit het zicht raakt nu de toelatingscode is losgelaten.

De Onderwijsraad adviseert de minister om niet alleen de formele kant van de toelating naar havo te regelen, maar er ook voor te zorgen dat dit daadwerkelijk een realistische optie is. Daarom moet er niet gewacht worden op de curriculumherziening van curriculum.nu, maar zouden er nu al maatregelen genomen moeten worden om de aansluiting te verbeteren. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door de bovenbouw van het havo te versterken met beroepsgerichte componenten, zodat de programmatische kloof met het vmbo kleiner gemaakt wordt. Bovendien wordt zo meer recht gedaan aan het havo als toegangspoort tot het hoger beroepsonderwijs.

Daarnaast kunnen scholen vmbo-leerlingen beter op de overstap naar het havo voorbereiden, bijvoorbeeld in opstroomklassen of met speciale schakelprogramma’s in de periode tussen het laatste centrale examen voor het vmbo en het begin van de zomervakantie. Ook adviseert de Onderwijsraad om de loopbaanoriëntatie en -begeleiding in de driehoek vmbo-mbo-havo te versterken, zodat leerlingen en hun ouders bewuster een keuze kunnen maken tussen mbo en havo.

Toezicht tijdelijk minder streng

De Onderwijsraad constateert dat het tijd en moeite zal kosten om de aansluiting vmbo-havo goed te herstellen en adviseert de minister om scholen ruimte te geven dit aan te pakken. De raad pleit ervoor om de inspectie de eerste jaren - in elk geval tot de invoering van het nieuwe curriculum - minder streng te laten kijken naar het rendement dat scholen bereiken met havoleerlingen afkomstig uit het vmbo. Vmbo- en havoscholen zouden zich wel moeten verantwoorden over hoe ze leerlingen begeleiden bij de overstap van het vmbo naar het havo en hoe ze werken aan een verbeterde aansluiting.  De inspectie zou bovendien aparte statistieken moeten bijhouden over de leerlingen die doorstromen van vmbo naar havo, zodat specifieke uitspraken gedaan kunnen worden over de voortgang voor deze categorie.

VO-raad herkent zich grotendeels in advies

De VO-raad herkent zich in verschillende elementen van het advies van de Onderwijsraad. Ook in onze optiek is het twijfelachtig of de gekozen route van een extra avo-vak daadwerkelijk zal leiden tot meer studiesucces voor een grotere groep leerlingen. De verschillen in studiesucces op het havo tussen leerlingen met en zonder extra vak zijn niet zo groot, blijkt uit cijfers van DUO.

De VO-raad staat achter het pleidooi voor de verbetering van de programmatische aansluiting. Dat is essentieel om de slagingskansen van leerlingen te vergroten. Scholen hebben in de afgelopen jaren al stappen gezet en gaan hier mee door. Het is eveneens een belangrijk aandachtspunt in de herziening van het curriculum. Daarnaast is het aspect van een goede oriëntatie en voorbereiding op zowel havo als mbo expliciet onderdeel van de nieuwe leerweg die ontstaat door de samenvoeging van vmbo gl en tl. Hieraan wordt momenteel gewerkt. Ook het gesprek over een beroepsgerichte component voor het havo wordt binnen de vereniging gevoerd en is op enkele scholen al realiteit.

Tenslotte sluiten wij ons aan bij het advies van de Onderwijsraad om de eerste jaren minder streng te kijken naar het bovenbouwrendement. Wij pleiten al langer voor een aanpassing van het onderwijsresultatenmodel voor leerlingen die met een vmbo-diploma doorstromen naar het havo, zolang de aansluiting nog niet optimaal is.