Blog Henk Hagoort: Het probleem van Doekle

23 februari 2022

Er gebeuren prachtige dingen in het vmbo. In 2016 zijn daar de nieuwe beroepsgerichte profielen ingevoerd, waarbij leerlingen naast een vaste beroepsgerichte kern voortaan de keuze kregen uit een veelheid van beroepsgerichte keuzevakken. Keuzevakken die vaak met de beroepspraktijk samen worden ontwikkeld. Daarmee stellen leerlingen in het vmbo voor een deel hun eigen beroepsgerichte examenprogramma vast. Een novum in het voortgezet onderwijs. Om leerlingen in dat keuzeproces te ondersteunen heeft Loopbaanontwikkeling en -begeleiding (LOB) een prominentere plek gekregen.

In een advies dat de Stichting Platforms vmbo (SPV) deze maand publiceerde wordt met trots teruggeblikt en opnieuw vooruitgekeken. Wat mij opviel bij het lezen van de terugblik was deze zin: ‘Het mogelijk maken van eigen keuzes in een programma heeft een groot voordeel: het motiveert leerlingen enorm.’ Niet voor niets pleit SPV in het advies daarom voor doorontwikkeling langs diezelfde lijn: verruim de keuzemogelijkheden voor leerlingen nog verder, versterk LOB, geef vakken vaker in de praktijk buiten school en maak het afronden van vakken op meerdere niveaus en meerdere momenten mogelijk.

Keuzeruimte en leren in de praktijk versterkt aantoonbaar de motivatie van leerlingen. Daar kunnen we meer mee, ook in andere sectoren van het voortgezet onderwijs. Gelukkig worden er momenteel mooie stappen gezet naar een praktijkgericht vak op de havo. Maar we mogen de lat hoger leggen. In de Toekomst van het Onderwijs staat als ambitie geformuleerd om alle leerlingen in het vo de kans te geven zich te oriënteren op beroepen en op het vervolgonderwijs. Wie weet kiezen bijvoorbeeld havisten door die kennismaking met de beroepspraktijk wel veel vaker voor een vervolgopleiding in de techniek.

Dan lossen we tegelijk een klein beetje het probleem op van Doekle Terpstra, voorzitter van Techniek Nederland. De behoefte aan technisch opgeleiden is zo groot dat Doekle deze week in het Algemeen Dagblad als oplossing voorstelt om studierichtingen met minder baankansen te sluiten of te beperken. Ik denk net als de MBO-raad dat dat geen oplossing is. Leerlingen moeten hun hart kunnen volgen en intrinsiek gemotiveerd voor een vak kiezen. Wat beter helpt om het probleem van Doekle op te lossen is één van de adviezen uit het genoemde rapport van SPV: versterk de positie van het beroepsgerichte onderwijs in het hele voortgezet onderwijs en begin daarmee in leerjaar 1.