Potje over: goed beheren

10 april 2017

Hoe kunnen scholen veilig en goed op hun geld passen dat ze (tijdelijk) over hebben? Treasurybeleid is gebonden aan verschillende regels. Welke keuzes kun je maken? Erwin Meuleman, controller van Alliantie VO, vertelt erover en geeft een tip.

Erwin MeulemanErwin Meuleman is controller bij Alliantie VO, een verband van zeven scholen voor vmbo tot en met vwo in Nijmegen en het land van Maas en Waal. De verschillende scholen bieden samen onderwijs aan elfduizend leerlingen. De school is eigenaar van de schoolgebouwen (ofwel is doorgedecentraliseerd). De afspraken met de gemeente zijn dat binnen veertig jaar 70% van de onderwijshuisvesting nieuwbouw heeft en 30% wordt gerenoveerd.

Wat betekent dit voor de financiële reserves? 

“Ik denk niet dat onze school representatief is voor veel scholen, omdat wij eigenaar zijn van onze panden. Het voordeel daarvan is dat we zelf kunnen plannen wat, waar en wanneer gerenoveerd moet worden en waar nieuwbouw een betere oplossing is. De gemeente betaalt ons een bedrag per eenheid, als een lumpsum. Dat biedt hen meer zekerheid in de uitgaven. Wij hebben samen met onze andere controllers onderzocht hoe we dit het best financieel konden organiseren. De optie om te schatkistbankieren, bij het ministerie van Financiën, was voor ons het best.”

Wat was jullie afweging?

Met schatkistbankieren betalen we minder rente over leningen; enerzijds door een lagere rentestandaard (het rijk kan goedkoper geld aantrekken) en anderzijds is de klantopslag lager omdat ons risicoprofiel laag is, want de gemeente staat garant voor ons. Met geld dat we niet direct nodig hebben, lossen we bestaande leningen af of we stoppen het in een spaarplan met een lange looptijd. Geld stallen bij de schatkist kost minder dan bij een commerciële bank. Maar de rentevergoeding is weer lager. Al met al is de uitkomst van de rekensom voor ons op deze manier het voordeligst.

Zijn alle financiële reserves ondergebracht bij het rijk?

Wie kiest voor schatkistbankieren moet alle publieke middelen er verplicht in onderbrengen. Private middelen mag je wel buiten de schatkist houden. Wij hadden bijvoorbeeld in het verleden grond in eigendom die nu is verkocht. Dat geld hoeven we niet bij het ministerie van Financiën onder te brengen. We hebben dat gestald bij commerciële partijen omdat dat meer oplevert.

De daling van leerlingenaantallen heeft invloed op onze huisvesting. Dat vereist een goede meerjarenplanning, van 30 à 40 jaar.

Wat is voor jullie school een uitdaging of risico?

Wij zijn financieel een solide organisatie. Waar we mee te maken krijgen is de daling van leerlingenaantallen en dat heeft natuurlijk invloed op onze huisvesting. Dat vereist een goede meerjarenplanning, van 30 à 40 jaar. Voor het bestuur is het een uitdaging alert te zijn en niet met de waan van de dag mee te gaan. Wij hebben alles wat samenhangt met huisvesting in een aparte planning- en controlcyclus opgenomen; juist door de zaken niet te vermengen maak je duidelijk dat het hier om middelen voor de lange termijn gaat.

En wat is jouw advies voor scholen die over hebben of willen lenen?

Mijn advies: als je in de huidige markt een lening nodig hebt voor onderhoud of andere huisvesting, dan is schatkistbankieren voordelig. De gemeentegarantie die je daarvoor nodig hebt, kun je in onderhandelingen met de gemeente meenemen. Bij de keuze voor schatkistbankieren moet je er dus alle publieke middelen onderbrengen. Als je een andere keuze maakt, dan kun je natuurlijk altijd binnen de regels van beleggen en belenen een zo goed mogelijk rendement proberen te behalen. Met een langetermijnplanning is het mogelijk om daarvoor bijvoorbeeld een geschikte effectenportefeuille samen te stellen.

Er staat meer informatie in de regeling Beleggen, lenen en derivaten OCW 2016 voor onderwijsinstellingen omtrent het uitzetten van gelden, het aangaan van leningen en het aangaan van verbintenissen voor financiële derivaten.

Ook interessant zijn de richtlijnen voor scholen over schatkistbankieren van het ministerie van Financiën. Meer weten? Neem contact op met de beleidsadviseur van de VO-raad, Paul Huisman: paulhuisman@vo-raad.nl