Kabinet: leraren niet met voorrang vaccineren

07 april 2021

Onderwijspersoneel krijgt in de vaccinatiestrategie geen aparte prioriteit, schrijven de ministers van en voor Onderwijs in een brief aan de onderwijssector. De gezamenlijke onderwijsorganisaties van basis- tot universitair onderwijs hadden hier begin januari om gevraagd. De ministers vinden prioriteit voor onder andere leraren niet nodig, omdat zij verwachten dat ‘al het onderwijspersoneel, dat bereid is zich te laten vaccineren, rond het begin van de zomervakantie in ieder geval een prik heeft ontvangen.’

Een tweede argument, zo schrijven de ministers, is dat eerder ervaringen met prioritaire groepen hebben aangetoond dat dit juist leidt tot vertraging van de vaccinatieoperatie. 

In de huidige strategie worden eerst kwetsbaren, ouderen en de mensen die voor hen zorgen gevaccineerd. Daarna zijn personen onder de zestig jaar met een medische indicatie ‘hoog risico’ aan de beurt, gevolgd door de groep 18 – 60 jaar zonder medische indicatie. De diverse groep onderwijspersoneel bevindt zich in al deze drie categorieën. De vaccinatie van de eerste twee groepen is de tweede helft van het eerste kwartaal gestart. De derde groep zal in de loop van het tweede kwartaal aan de beurt zijn. De verwachting is, aldus de ministers, dat begin juli alle ruim 12 miljoen personen uit deze drie groepen één of twee keer zijn gevaccineerd.

De VO-raad is teleurgesteld dat in deze strategie er geen rekening mee wordt gehouden dat het onderwijs een vitale sector is en dat juist om die reden tijdens de lockdown een speciaal beroep wordt gedaan op mensen die in die sector werken. Hierdoor loopt het onderwijspersoneel een bovengemiddeld risico op besmetting. Deze situatie blijft nu dus, naar verwachting, tot de zomervakantie voortbestaan.