Slob komt motie Lerarenbeurs niet tegemoet

21 september 2020

Volgens minister Slob is het niet mogelijk om dit jaar nog met een oplossing te komen voor leraren die een afwijzing voor de Lerarenbeurs hebben gekregen. Slob geeft in de Kamerbrief aan dat er meerdere opties zijn overwogen om de dit jaar afgewezen leraren alsnog tegemoet te komen: via een kasschuif, het verlagen van de lumpsum of via de Najaarsnota 2020. Deze opties zijn allen onwenselijk of onmogelijk.

D66, CDA, GroenLinks, SP en PvdA stemden op 17 september voor een motie waarin de minister wordt gevraagd voor 1 oktober met voorstellen te komen om de Lerarenbeurs alsnog toe te kennen aan de leraren die nu geen Lerarenbeurs krijgen. Deze zomer zijn 829 aanvragen vanuit het vo voor de Lerarenbeurs afgewezen.

Voor 2020 is 49,6 miljoen euro beschikbaar voor de Lerarenbeurs in plaats van de eerder gecommuniceerde 78 miljoen euro. Het ministerie van OCW communiceerde in februari dat een deel van het budget voor de Lerarenbeurs wordt geïnvesteerd in Samen opleiden, de begeleiding van startende leraren, regionale samenwerking (RAP) en zij-instroom in de sectoren po, vo en mbo. De reden hiervoor was dat er al een aantal jaren sprake is van onderbesteding van de middelen die beschikbaar zijn voor de Lerarenbeurs. Bovendien daalt het aantal aanvragen van de beurs al een aantal jaar op rij. Minister Slob gaf in het debat aan dat deze herbesteding voorkomt dat de middelen niet behouden kunnen blijven voor het onderwijs.

Grondige analyse nodig

Nu blijkt dat er te weinig middelen zijn overgebleven om alle aanvragen te kunnen honoreren. Dit is geen wenselijke situatie. De Lerarenbeurs is een belangrijk instrument om de professionele ontwikkeling van leraren een impuls te geven, ook de komende jaren. De Lerarenbeurs draagt bij aan de aantrekkelijkheid van het lerarenberoep. Dit is van groot belang, zeker met het oog op het lerarentekort. Er zijn scholen en besturen die de afgelopen weken hebben besloten om de betreffende leraren uit eigen middelen te ondersteunen, maar dit is wat de VO-raad betreft een noodoplossing. Er is een grondige analyse nodig van de minister om ook de komende jaren voldoende te kunnen investeren in de professionele ontwikkeling van leraren.

Door de politieke partijen werd tijdens het VAO de suggestie gedaan om door middel van een kasschuif een deel van de middelen voor 2021 nu al in te zetten voor de leraren die geen beurs krijgen. Minister Slob gaf aan op dit moment hiervoor geen mogelijkheid te zien. Daarbij komt dat de suggestie om een deel van het budget van 2021 nu te gebruiken op de lange termijn alleen maar een groter tekort oplevert. De motie is om deze reden door de minister ontraden. Wat in ieder geval is toegezegd is dat leraren die dit jaar geen Lerarenbeurs toegekend hebben gekregen, komend jaar (2021) met voorrang een aanvraag in kunnen dienen.

Tijdens de begrotingsbehandeling in oktober zal de Lerarenbeurs ook besproken worden.