PO-Raad, VO-raad en LECSO verkennen één Wet op het Funderend Onderwijs

05 september 2018

De belangenorganisaties in het primair-, voortgezet en speciaal onderwijs willen een onderzoek laten doen naar de haalbaarheid en wenselijkheid om te komen tot één Wet op het Funderend Onderwijs. Het is de verwachting dat door het wegnemen van allerlei wettelijke belemmeringen alle leerlingen in het po, vo en (v)so beter onderwijs op maat geboden kan worden. In een op 19 juli jongstleden gehouden bijeenkomst hebben de organisaties hun leden geïnformeerd over deze gezamenlijke ambitie. Hiermee is het traject waarbij de wettelijke positionering van het voortgezet speciaal onderwijs (vso) onderzocht is, afgerond.

Het gesprek rondom deze zogeheten ontvlechting en/of invlechting is een proces met een lange adem geweest. Sinds 2011 is er zowel in de politiek als in de onderwijssectoren gesproken over deze optie, die was ingegeven vanuit de verwachting dat door passend onderwijs het speciaal onderwijs zou gaan krimpen en het gegeven dat het vso voor wat betreft de toelating en in financieel opzicht onder de samenwerkingsverbanden vo zijn gaan vallen. Er zijn verschillende werk- en adviesgroepen met mensen uit het onderwijs actief geweest die zich over het vraagstuk hebben gebogen.

De wijze waarop er één Wet op het Funderend Onderwijs kan komen, zal de komende tijd onderzocht worden. In de tussentijd zullen de PO-Raad, VO-raad en LECSO samenwerken aan het wegnemen van belemmeringen bij de inrichting en organisatie van met name het gedeelte van het vso dat leerlingen opleidt tot het verkrijgen van een regulier vmbo-, havo of vwo-diploma (het diplomagerichte uitstroomprofiel van het vso). Deze belemmeringen zijn fors: leraren en onderwijs binnen het vso worden gefinancierd volgens de bekostiging van het primair onderwijs. Deze bekostiging is (per leerling) fors lager dan die van het voortgezet onderwijs. Met name binnen het diplomagerichte vso leidt dit tot grote uitdagingen voor wat betreft het ‘concurreren’ met het reguliere voortgezet onderwijs op arbeidsvoorwaarden. Het lerarentekort versterkt dit effect. Daarnaast schiet de bekostiging ruimschoots tekort om specialistische vaklokalen in te richten.

De belangenbehartiging voor het speciaal onderwijs blijft door dit besluit primair de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de PO-Raad en LECSO. De VO-raad blijft nauw betrokken omdat het vso volledig binnen de samenwerkingsverbanden vo participeert. Met name de samenwerking tussen het regulier en speciaal onderwijs verdient de komende tijd aandacht. In juni 2018 vond een bijeenkomst plaats georganiseerd vanuit het gezamenlijke Steunpunt Passend Onderwijs (PO-Raad en VO-raad) om de belangrijkste kansen en risico’s voor samenwerking in kaart te brengen en deze bijeenkomst wordt op 17 september herhaald.

Achtergrondinformatie

Het besluit om de mogelijkheden voor een Wet op het Funderend Onderwijs te verkennen, is genomen naar aanleiding van een onderzoeksrapport van Infinite. Zie de publieksversie van het onderzoeksrapport en het verslag van de bijeenkomst op 19 juni.