Wetsvoorstel: als school ook VOG's personeel particulier aanvullend onderwijs controleren

Onder de huidige wetgeving is het bevoegd gezag van een vo-school er al voor verantwoordelijk om te controleren of leraren, leidinggevend personeel en onderwijsondersteunende functionarissen een recente VOG hebben en om een afschrift van het origineel te bewaren in de administratie. Kunnen medewerkers geen geldige VOG tonen, dan kunnen ze niet in dienst treden of moeten ze hun werkzaamheden staken.

Met het wetsvoorstel wordt deze VOG-plicht uitgebreid naar het aanvullend onderwijs. Aanleiding is de groei van het particuliere aanbod van aanvullend onderwijs, dat ook steeds meer verweven raakt met het publieke onderwijs. Concreet houdt de uitbreiding in dat:

• Personeel van externe aanbieders van aanvullend onderwijs dat werkzaamheden verricht die plaatsvinden in de school, tijdens of aansluitend aan de onderwijstijd of onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, een VOG moet kunnen overleggen.
• Het bevoegd gezag van de betrokken school de plicht krijgt om te controleren of dit personeel over een VOG beschikt. Dit moet elk schooljaar dat het personeel wordt ingezet, opnieuw gebeuren.
• Het bevoegd gezag van de betrokken school een afschrift van de originele VOG’s van het betreffende externe personeel moet bewaren in de administratie. De afschriften van de VOG’s dienen alleen gedurende het schooljaar waarin deze personen de werkzaamheden verrichten, te worden bewaard. 
   

In sommige gevallen stelt het bevoegd gezag alleen een ruimte ter beschikking voor aanvullend onderwijs. Hoewel de school in dat geval (formeel gesproken) niet de opdrachtgever is, wordt het bevoegd gezag ook dan verantwoordelijk voor het controleren en bewaren van de VOG voor het aanvullend onderwijs.