Wetsvoorstel Vrij en Veilig Onderwijs naar de Kamer

02 juli 2025

Het Wetsvoorstel Vrij en Veilig Onderwijs is in aangepaste vorm door demissionair staatssecretaris Paul van OCW naar de Tweede Kamer gestuurd. Het wetsvoorstel beoogt de sociale veiligheid van leerlingen en onderwijspersoneel te versterken. De VO-raad onderschrijft het belang van sociale veiligheid, maar vindt het onwenselijk dat de wet een forse lastenverzwaring oplegt terwijl niet vaststaat dat dat leidt tot sociaal veiligere scholen.

Het wetsvoorstel regelt onder andere:

  1. Uitbreiding van de leerlingmonitor;
  2. Invoering van een meld- en registratieplicht bij (ernstige) veiligheidsincidenten;
  3. Jaarlijkse verplichte evaluatie van de veiligheid op school;
  4. Uitbreiding van de meld-, overleg- en aangifteplicht bij seksuele intimidatie;
  5. Verplichte aanstelling van een interne en externe vertrouwenspersoon en veiligheidscoördinator, een interne klachtenregeling, en aansluiting bij een landelijke klachtencommissie.
     

Wetsvoorstel aangepast na kritiek Raad van State

De Raad van State uitte eerder dit jaar haar zorgen: een te sterke nadruk op administreren, monitoren, melden en controleren kan een averechts effect hebben. Als de focus komt te liggen op het naleven van procedurele voorschriften, bestaat het risico dat er minder ruimte, tijd en aandacht overblijft voor het open gesprek binnen scholen.

Naar aanleiding van het advies van de Raad van State en reacties op de internetconsultatie vanuit de onderwijssector heeft het kabinet de wet aangepast. Zo is de voorgestelde personeelsmonitor komen te vervallen en zijn er verschillende aanvullende waarborgen genomen voor de verwerking van persoonsgegevens. 

Grotere administratieve lasten

De VO-raad vindt het goed dat het kabinet gehoor heeft gegeven aan signalen vanuit de sector en het advies van de Raad van State. Ook zien wij dat er zeker aspecten aan de wet zitten die goed zijn voor het onderwijs, zoals het aanstellen van een vertrouwenspersoon en het evalueren van je veiligheidsbeleid. 

Tegelijkertijd constateren wij dat niet alle adviezen zijn overgenomen. Het demissionair kabinet zet bijvoorbeeld de uitbreiding van de meld-, overleg- en aangifteplicht door, terwijl herhaaldelijk de kanttekening is geplaatst dat deze in de praktijk tot verkramping kan leiden. 

Bovendien brengt de wet op een aantal onderdelen een flinke lastenverzwaring voor het onderwijs met zich mee, terwijl er ernstige twijfels zijn over de effectiviteit daarvan. Zo bevat de wet een meldplicht van ernstige veiligheidsincidenten bij de Inspectie van het Onderwijs. Wij betwijfelen of zo’n verplichting daadwerkelijk bijdraagt aan een veiligere schoolcultuur. Scholen hebben bij zulke incidenten vooral behoefte aan ondersteuning. De meldplicht lijkt daarentegen vooral bij te dragen aan de administratieve lasten.  

Vervolg en planning

De invoering van de wet staat gepland voor augustus 2026. Verdere uitwerking vindt plaats in diverse algemene maatregelen van bestuur (AMvB’s), onder andere rond de inhoudelijke uitbreiding van de leerlingmonitor. Op de website van Stichting School & Veiligheid is aanvullende informatie te vinden over de inhoud van het voorstel, inclusief ondersteunend materiaal.