Verslag: ‘We zijn allemaal nieuwkomers’

01 juli 2018

Op 21 juni organiseert de VO-raad in het Muntgebouw in Utrecht een werkconferentie onder de titel ‘Onderwijs op maat aan nieuwkomersleerlingen’. Ruim 80 professionals krijgen in de loop van de dag handvatten, voorbeelden en inzichten aangereikt die dat maatwerk mogelijk kunnen maken.

Dagvoorzitter Dolores Leeuwin, bekend van onder meer Het Klokhuis en Wie is de Mol, opent de conferentie met een interview met de vice-voorzitter van de VO-raad, Hein van Asseldonk. Die herinnert de zaal eraan dat nieuwkomersleerlingen zo’n twintig jaar geleden ook al een hot item waren vanwege de grote instroom toen, maar dat de aandacht voor hen was ‘weggesukkeld’ in de jaren die volgden. Totdat vijf jaar geleden een kentering kwam met de nieuwe toevloed van vluchtelingen. “Dat heeft weer nieuwe energie aangeboord. De opvang is nu goed geregeld, en we gaan ervoor zorgen dat het onderwerp hoog op de agenda blijft staan”, belooft Van Asseldonk.

Borgen en vasthouden is nu dan ook het motto. Zorgen voor goed toegeruste leraren, en voor een goede aansluiting tussen schakelklassen en het reguliere onderwijs. Vooral dat laatste punt behoeft veel aandacht: na twee jaar ISK stromen leerlingen weliswaar door, maar hun taalvaardigheid in het Nederlands laat dan meestal nog veel te wensen over. Het maatwerk dat die leerlingen dan nodig hebben, is lang niet altijd voorhanden, maar daar gaat de VO-raad zich wel sterk voor maken. Dat alles laat overigens onverlet dat Van Asseldonk ‘apetrots’ is op wat er nu al in het voortgezet onderwijs voor en door nieuwkomersleerlingen is bereikt.

Gewoon dóén

Twee leerlingen getuigen daarvan vervolgens op het podium: Daniël uit Dubai (3 jaar in Nederland) en Merhawi uit Eritrea (2,5 jaar in Nederland). Beide jongens vertellen dat ‘alles anders was’ toen ze hier kwamen, dat de taal lastig was en nog steeds is, en dat ze heel erg moesten wennen aan het hanteren van vaste (les)tijden in Nederland.

Of ze zich na hun veilige verblijf in de schakelklas nu anders voelen op de 'reguliere' middelbare school? Nee, dat niet: “Ik voel me hetzelfde als iedereen.” Met even later de kanttekening: “Soms zijn andere kinderen wel wat racistisch ...” Extra hulp bij Nederlands krijgen ze niet: “Je moet het gewoon dóén.” Opmerkelijk: aan de schooltaal zijn ze inmiddels wel gewend, maar met de straattaal hebben ze nog moeite. Tip van Daniël: “Laat ISK-kinderen meteen socialiseren met ‘gewone’ kinderen, dan gaat het allemaal veel sneller." Ook het inschakelen van een buddy verdient volgens de beide jongens aanbeveling. En ten slotte: laat ‘oude’ nieuwkomers ‘nieuwe’ nieuwkomers begeleiden en inwijden. “Dat heeft ons ook geholpen!”

De relatie bepaalt alles

“Neem de kleur geel. En zet die af tegen de kleur rood. Wat zie je? Alleen maar verschil. Maar neem nu een gele tulp, en vergelijk die met een rode. Wat zie je dan? Juist: twee bloemen die maar in één opzicht van elkaar verschillen, maar verder alleen maar overeenkomsten kennen.” Met deze introductie zet keynote speecher Steven Pont (oud-onderwijzer, ontwikkelingspsycholoog en systeemtherapeut) de deelnemers meteen op scherp. Aan zijn waarheden is geen ontkomen: de kracht en het elan waarmee hij zijn stellingen poneert, zijn overweldigend, niemand die het ook maar in zijn hoofd haalt om iets anders te denken. “Wij zijn allemaal nieuwkomers, we zijn hier allemaal voor het eerst. Er komt niets uit uzelf, u hebt alles van een ander geleerd.” En dat zou ons aan het denken moeten zetten, vindt Pont. “Een specht is bij zijn geboorte meteen een specht, maar een mens wordt pas mens door te leren, en leren doen we van iedereen. Zie dus de nieuwkomer ook als je leraar!

 

Er komt niets uit uzelf, u hebt alles van een ander geleerd

De relatie bepaalt alles. Een mens heeft twee standen: open en gesloten, ‘ja, je mag’ versus ‘nee, je mag niet’. Het is de kunst om die eerste stand aan te nemen, want als je als leraar niet sensitief-responsief bent, dan krijg je die houding linea recta terug van je leerling. “Wie zich afsluit, kan niet leren.” Twee korte filmpjes, onder meer van een baby die afwisselend wel en niet respons krijgt van de moeder, staven die stelling.

Wie het goed wil doen, moet in de relatie vijf axioma’s in de gaten houden, aldus Pont. 1. Zorg voor verbondenheid. “Laat blijken dat je aandacht voor een puber hebt en kom op iets terug wat voor hem heel belangrijk is, dan zal hij eerder genegen zijn met jou de afwas te doen.” 2. Geef de ander status, maak hem belangrijk. En haal die status niet weg door (veel te snel) te straffen. 3. Zorg voor duidelijkheid. Hoe je een boodschap verstuurt, is niet interessant: het gaat erom hoe die boodschap landt. 4. Overtuig de ander ervan dat hij autonoom is; en 5. Zorg voor redelijkheid.

Er mag veel meer

De deelnemers kunnen vervolgens kiezen uit zes workshops, waarvan ze er maximaal twee kunnen bijwonen. Vijf gaan over respectievelijk de rol van de samenwerkingsverbanden voor startende nieuwkomersleerlingen; over trauma-sensitief lesgeven; leerlingen met een vluchtelingenachtergrond en hun ouders; makkelijker invoegen met een buddy; en samenwerken aan een doorlopende leerlijn NT2.

De zesde en best bezochte workshop ‘Maatwerk in het vo; wat mag er nou en wat moet er nou?’ wordt geleid door Jorrit Blaas, ambtenaar bij het ministerie van OCW én leraar economie. Blaas schotelt de 20 deelnemers een lijst vragen voor die ze digitaal via de zogeheten Mentimeter kunnen beantwoorden: Is het vak Nederlands verplicht in de onderbouw? Kun je vakken al eerder examineren? Mag je vakken op een ander schoolniveau volgen? Moet een leerling minstens de helft van de lessen volgen? Enzovoort. De uitslag is opzienbarend: op veel vragen weten veel deelnemers niet wat het goede antwoord is. De bottom line van dit experiment is dat er veel meer mag dan iedereen denkt.

Blaas houdt zijn gehoor voor dat er 9 leergebieden aangeboden moeten worden, ondergebracht in 58 kerndoelen. Maar nergens staat dat die in de vorm van een ‘vak’ gegoten moeten worden. “Hoe je dingen inkleedt, is up to you!” Onderwijstijd? De norm van 1040 uur is afgeschaft. Er is een aanbodverplichting, maar ook daar mag van afgeweken worden. Doe dat dan wel in overleg met de medezeggenschapsraad, adviseert Blaas.

Tot slot vraagt hij de deelnemers om tips. Die komen:

  • laat ISK-leerlingen alvast een paar weken ‘stage’ lopen op een reguliere school;
  • rek de entreetijd bij de doorstroom naar het roc met een half jaar op;
  • zorg dat er meer aan taal wordt gedaan;
  • regel het veel meer met elkaar, zie afzonderlijke financiën als één grote pot;
  • laat vavo en hbo intensiever samenwerken door bijvoorbeeld een tussenjaar ‘van twee walletjes’ in te stellen;
  • zorg dat je als doorstroomschool gedegen NT2-kennis in huis hebt.


Over en weer van elkaar leren dus, ook hier. Geheel volgens de wetten van Pont!

Bekijk voor meer informatie over onderwijs aan nieuwkomersleerlingen de themapagina's.