Alle onderwerpen

Onderwerp

Examinering

Scholen hebben de belangrijke verantwoordelijkheid te zorgen voor een goede, procedureel zuivere organisatie van de school- en centrale examens (samen het eindexamen), zodat leerlingen een diploma kunnen halen waarvan de waarde buiten discussie staat. De VO-raad faciliteert leden op dit vlak. Speerpunt is daarnaast het herijken van de centrale examensystematiek in het vo, zodat scholen meer eigentijds onderwijs - met meer aandacht voor maatwerk en brede vorming - kunnen bieden.

Wat speelt er?

Kwaliteitsborging schoolexaminering

Per 1 augustus 2021 zijn aanpassingen in het Eindexamenbesluit VO van kracht. Deze hebben tot doel de kwaliteitsborging van de schoolexaminering te versterken. Deze aanpassingen betreffen de verplichte instelling van een examencommissie, een explicitering van de rol van de examensecretaris, bepalingen over de informatie in en de totstandkoming en eventuele wijziging van het PTA en bepalingen rondom het formeel afsluiten van het schoolexamen.  

De aanpassingen vormen het formele sluitstuk van de verbeteringen die de sector heeft ondernomen na het examenincident van 2018. Ze sluiten goed aan bij de negen actielijnen van de VO-raad die binnen de sector zijn afgesproken. Een monitor van de VO-raad heeft laten zien dat een zeer groot deel van de scholen deze negen actielijnen geheel of gedeeltelijk heeft omgezet in schoolbeleid. Tegelijkertijd kan de kwaliteit van de schoolexaminering nog verder worden versterkt op veel scholen en blijft aandacht hiervoor gewenst.  

Herijking centraal examen

De VO-raad streeft naar meer eigentijds onderwijs met meer ruimte voor talenten, meer uitdaging voor leerlingen en meer flexibiliteit en maatwerk. Daarnaast vindt de VO-raad het belangrijk om recht te doen aan een breed curriculum en de brede maatschappelijke opdracht die het onderwijs heeft. De toetsing en afsluiting moet hierbij aansluiten. Op dit moment ervaren we het centraal examen in zijn huidige vorm als inflexibel en te eenzijdig gericht op cognitieve leerdoelen die gestandaardiseerd kunnen worden getoetst. Van een beoogde evenwichtige balans in ons onderwijs tussen het schoolexamen en het centraal examen is verder al lange tijd geen sprake meer. Er ligt op dit moment onevenredig veel nadruk op het centraal examen, hetgeen o.a. leidt tot onnodig veel examenstress bij leerlingen enerzijds en teaching to the test anderzijds. Daar liggen verschillende oorzaken aan ten grondslag (zoals de invoering van de kernvakkenregeling in het vo en het onderwijsresultatenmodel van de Inspectie).   

Wat betreft het centraal examen pleiten we daarom voor een herijking:

  • meer flexibiliteit (bijvoorbeeld meerdere afnamemomenten in het jaar, mogelijkheid voor gespreid examen, ruimte voor maatwerk zodat bijvoorbeeld modulair geëxamineerd kan worden en het makkelijk wordt om vakken op een hoger niveau af te sluiten);

  • een certificatendiploma (de mogelijkheid om binnen het vo ook deelcertificaten te halen, hetgeen leidt tot een vo-diploma (nu kan dat alleen in het vavo). Gezakte leerlingen kunnen hierbij het resultaat van behaalde vakken ook behouden.
     

Hierbij kan volgens de VO-raad een voorbeeld worden genomen aan vmbo-bb en -kb, waar door toegenomen flexibiliteit in de examinering en digitale afname van examens nu beter ingespeeld kan worden op de ontwikkeling van leerlingen.

Dit bepleitte de VO-raad al in de herijkingsnotitie van voorjaar 2018 en deze gedachte is ook terug te vinden in De Toekomst van ons Onderwijs.