Inspectie: bouw te hoge reserves af

02 december 2018

Schoolbesturen in het voortgezet onderwijs hebben in 2017 gemiddeld genomen 0,9% meer ontvangen dan uitgegeven. Ook de samenwerkingsverbanden in het funderend onderwijs boekten een positief resultaat van 32 miljoen euro. Dit staat in de ‘Financiële staat van het onderwijs’ die de Onderwijsinspectie op 3 december 2018 presenteerde.

De Nederlandse onderwijsinstellingen zijn financieel gezond, concludeert de inspectie. 2017 is het derde jaar op rij waarin de sector een positief resultaat boekte. De belangrijkste oorzaak is dat schoolbesturen hun inkomsten in de begroting lager inschatten dan zij werkelijk ontvangen. Dit is niet te rechtvaardigen, aldus de VO-raad, maar wel te verklaren. Scholen weten aan het begin van het schooljaar niet altijd op welk budget zij kunnen rekenen. Dit werkt voorzichtig begroten in de hand. Hierdoor ontstaan bij sommige schoolbesturen te hoge buffers.

De VO-raad vraagt van besturen om hun geld zoveel mogelijk in te zetten. Als er sprake is van een te hoge buffer, dan is het wenselijk dat deze wordt afgebouwd en dat zij zich hierover in het jaarverslag verantwoorden. Publiek geld moet immers worden ingezet waarvoor het bedoeld is.

Tegelijk roept de VO-raad de overheid op om eerder helderheid te geven over de bekostiging in het komende jaar. De raad is dan ook blij dat de minister in zijn beleidsreactie aankondigt ‘expliciet te willen kijken naar de rol van het Rijk en de wijze van bekostigen van de onderwijsinstellingen’. We dringen erop aan om deze reflectie op korte termijn om te zetten in acties, zodat bij de begrotingscyclus 2020 helderder is waar schoolbesturen op kunnen rekenen in dat jaar.

Jaarlijks geeft de VO-raad een verwachting van de voor scholen relevante financiële ontwikkelingen voor de komende jaren.

Continuïteitsparagraaf beter benutten

De inspectie constateert ook dat de continuïteitsparagraaf nog onvoldoende wordt benut om beleidsrijk te begroten. Zo koppelt 51% van de schoolbesturen de meerjarenbegroting niet aan het instellingsbeleid en heeft 42% het risicobeheer onvoldoende op orde. Het is belangrijk om deze paragraaf goed te benutten om, zeker in tijden van krimp, een goede meerjarige financiële planning te maken. De VO-raad adivseert hierin ook de reservepositie van uw bestuur mee te nemen.

Ouderbijdragen nodig voor sluitend maken begroting

In de ‘Financiële staat van het onderwijs’ is ook zichtbaar dat de ouderbijdragen die vo-scholen ontvangen inmiddels 2,5% bedragen van de inkomsten. Dit is een stijging van een kwart ten opzichte van 2013. De ouderbijdragen overstijgen het positieve resultaat van 0,9%. Zonder die bijdragen krijgt een school de begroting dus niet rond. De ALV van de VO-raad heeft zich onlangs uitgesproken over dit onderwerp.

In gesprek over de samenwerkingsverbanden passend onderwijs

In zijn beleidsreactie kondigt de minister aan in gesprek te willen over de aanbevelingen die de Onderwijsinspectie doet in een tweede rapport dat zij op 3 december heeft gepubliceerd. Hierin stelt de inspectie op basis van een onderzoek bij tien samenwerkingsverbanden dat er te weinig zicht is op de bestedingen, maar dat er geen leerlingen zijn die niet de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. De VO-raad zal volgend jaar - in voorbereiding op de evaluatie van passend onderwijs - binnen de vereniging het gesprek voeren over het functioneren van passend onderwijs en de rol van de samenwerkingsverbanden. Deze onderzoeksresultaten zijn daar input voor.